Benjamin Cohen geeft opdracht tot bouw huis met de paarse ruitjes (thans Zuidsingel nr. 38)

Uit Tijdbalk Amersfoort
Ga naar:navigatie, zoeken

tot 800 800-900 900-1000 1000-1100 1100-1200 1200-1300 1300-1400 1400-1500 1500-1600 1600-1700 1700-1800 1800-1900 1900-2000 vanaf 2000

1780


Onderwerp(en)

Bron(nen)

Gebeurtenis

Eind 17e eeuw stond op de plaats van dit huis een ander huis, dat in eigendom was van Cornelius Sinapius (sinapus is mosterd in het Latijn). Hij was met de komst van de Fransen in 1672, met zijn vrouw naar Amsterdam gevlucht. Bron: Flehite 21e jrg. nr. 3/4, augustus 1991, blz. 53.

Zie ook de informatie bij ca. 1630.

Voor foto's kies als zoekterm Zuidsingel onder hyperlink "Beeldbank".


Omstreeks 1775 liet Benjamin Cohen, een rijke joodse tabakshandelaar en bankier, een aan de Zuidsingel staand huis verbouwen (zie boven). Lang heeft men gedacht dat hier een geheel nieuw huis was gebouwd, maar de heer Cor van den Braber ontdekte bij het nauwkeurig bestuderen van het bekende schilderij van Withoos (zie bij "Schilders"), dat op deze plaats al een huis was afgebeeld. Hij ontdekte ook dat in de zijgevel van het huis bakstenen waren gebruikt die in de 18e eeuw niet meer werden gebruikt. Daaruit concludeerde hij dat die zijgevel ouder moet zijn dan de rest van het huis.

Het huis staat in Amersfoort bekend als het 'Huis met de Paarse Ruitjes'. Lang heeft men niet geweten, hoe het zat met die ruiten. Men heeft ontdekt dat de paarse kleur is ontstaan door inwerking van het licht. Het gedeelte van de ruiten dat in de sponningen zit, is nog helder. In dit huis heeft stadhouder Willem V in 1787 enige tijd gewoond, toen hij Den Haag moest verlaten door moeilijkheden met de Patriotten (zie bij 1787).

Het huis is nu een onderdeel van het enige nog in de stad gelegen klooster, het klooster van de Congregatie van de Zusters van Onze Lieve Vrouw". Na de Alteratie/Reformatie was het de Rooms-Katholieken lange tijd niet toegestaan in de noordelijke Nederlanden nieuwe kloosters te stichten. Maar via een omweg lukte dat soms toch. Op 29 juli 1822 richtte pater M.Wolff een particuliere onderneming op, met als doel onderwijs te geven aan de armen en een kostschool op te zetten voor meisjes van de betere stand. Deze "Associatie Van Werkhoven & Co" (Mevrouw Van Werkhoven was één van de drie dames die leiding gaven aan de school) was eigenlijk een religieuze congregatie, die in 1843 het "Huis met de paarse ruiten" kocht. In 1847 kwam een uitbreiding tot stand met de bouw van een huis ernaast, ontworpen door Th.Molkenboer (Zuidsingel 39).

Van 1900 tot 1902 bouwde de Amersfoortse architect H.Kroes naast het huis van Molkenboer een bakstenen gebouw, dat in 1918 in precies dezelfde stijl werd uitgebreid, waardoor het klooster tot de Herenstraat reikte (Zuidsingel nrs. 40-41).

De gevel van het gedeelte uit 1902 bevat vijf risalieten (vooruitspringende gedeelten van een gevel; zoek bij hyperlink "Bouwkundige termen"), waarvan de middelste breder en hoger is en de hoofdingang bevat. Hoewel na de uitbreiding een heel grote gevel is ontstaan, maakt deze geen saaie indruk. Dat komt door de afwisseling van rode en oranje bakstenen, de risalieten en de verdiept aangebrachte vensters.

Verder is opvallend dat de bogen boven de vensters beneden gedrukt zijn en naar boven toe steeds hoger worden, tot spitsvormig toe.

Van 1951 tot 1955 heeft kardinaal De Jong ook in het huis met de paarse ruitjes gewoond. Hij is daar op 8 september 1955 overleden. Boven de voordeur heeft men zijn wapen aangebracht, met zijn wapenspreuk "Dominus mihi Adjutor" (God is mijn Helper). Het maantje in het wapen komt ook voor in het wapen van Ameland [(zie hyperlink "Gevelstenen (1)]. De kardinaal was op 10 september 1885 in Nes, als zoon van een bakker, op Ameland geboren. Boven het wapen ziet men de kardinaalshoed met aan weerszijden 15 kwastjes, die de waardigheid van de kardinaal aangeven.

Kardinaal de Jong was zeer op Amersfoort gesteld. Als jonge kapelaan was hij korte tijd verbonden aan de parochie van Sint Franciscus Xaverius aan 't Zand. Bovendien was hij conrector van de zusters van Onze-Lieve-Vrouwe van Amersfoort (Bron: Geveltekens, Van den Braber)


Benjamin Cohen (geboren in Amersfoort in 1725) was drie keer gehuwd. Het eerste huwelijk was met zijn nicht Eva Cohen. Zij was de dochter van Jacob Cohen en hij de zoon van Jonas Cohen.

Jacob en Jonas waren zonen van Ezechiël Cohen, de tabakskoopman die in 1690 uit Nijmegen in Amersfoort aankwam en in 1704 het burgerrecht van Amersfoort heeft gekregen. Benjamin's moeder was Sara Benjamin Italiaander, een dochter van tabakskoopman Benjamin Italiaander.

Bron: De Joden van Amersfoort. Rondom de geschiedenis van een oude sjoel, blz. 53; zie verder hyperlink "Joods leven in Amersfoort".


Link(s):